Eindelijk heb ik het door: vakantie is niet voor mensen die toe zijn aan rust, maar aan iets nieuws.

Tijdens alle vakanties die ik in mijn volwassen leven heb gehad, heb ik super veel stress ervaren. Begrijp me niet verkeerd: ik heb ook heel veel plezier gehad. Maar ik heb altijd een leven gehad met heel veel prikkels. Dat komt door wie ik ben; ik hou van nieuwe dingen. Ik hou van verschillende dingen. En af en toe creëer ik onbewust een beetje drama in mijn leven. Altijd wel wat.

Vakantie voelde dan ook meer als een verplichting om ‘normaal’ te doen, dan om mezelf rust te gunnen. Ik had namelijk helemaal geen rust tijdens vakantie. Vakantie is geen rust. Vakantie is ondernemen. Vakantie is dingen ontdekken. Je grenzen ontdekken. Maar die ontdek ik al de hele dag, in mijn normale leven.

Ik dacht altijd dat mensen op vakantie gingen, omdat ze moe waren van hun werk. Maar nee. Niets is minder waar. Ze waren niet moe van hun werk, maar gewend aan hun werk! Ze waren toe aan iets nieuws.

Niet moe, maar toe.